BIOLOGISCHE KATOEN

Katoen is de meest gebruikte vezel voor kledingtextiel. Dat is niet voor niets, want katoen draagt prettig, gaat redelijk lang mee en kan ongeveer twintig procent vocht opnemen alvorens vochtig aan te voelen. Katoenen weefsels voelen koel aan, omdat katoen een goede warmte-geleider is. Het warmte-isolerend vermogen is dus laag. Ideaal voor zomerkleding!
Daarnaast is katoen huidvriendelijk, dus ook heel geschikt voor de gevoelige huid, én gemakkelijk in het onderhoud. Het kreuken van een stof heeft te maken met de elasticiteit ervan. Katoen is elastischer dan hennep of linnen, en kreukt dus minder dan deze stoffen. Het is echter weer minder elastisch dan bijvoorbeeld wol.

De mogelijkheden om van katoen textiel te maken werden door verschillende culturen al zo'n 6000 jaar geleden ontdekt. In India werd de plant 5000 jaar geleden al op grotere schaal verbouwd, waarna ze China veroverde. Via Arabische tussenhandel bereikte ze ook Europa. De verbouw van katoen is hier door klimatologische factoren nooit een groot succes geweest, maar de industriële verwerking van geïmporteerde katoen wel.

Een van de grote bezwaren tegen 'conventionele' katoen is dat deze rijkelijk wordt bespoten met 'gewasbeschermingsmiddelen': onkruidbestrijders of insectenverdelgers. Volgens sommige onderzoeken belandt een kwart van de bestrijdingsmiddelen die wereldwijd worden gebruikt, op de katoenvelden. Ook worden ontbladeringsmiddelen gebruikt om een efficiëntere (machinale) katoenpluk mogelijk te maken. Er is wel eens berekend dat om een gewoon T-shirtje van 250 gram te maken ongeveer 125 gram landbouwgif wordt gebruikt. De gevolgen voor mens en natuur zijn desastreus. Dat geldt op de eerste plaats voor de katoenarbeiders.

Bij de teelt van biologische katoen worden geen pesticiden gebruikt en worden natuurlijke vijanden (insecten) op milieuvriendelijke wijze bestreden. Onkruid wordt niet bespoten maar machinaal of handmatig verwijderd. Plukken van de katoenbollen gebeurt handmatig, zonder de plant eerst te ontbladeren.
Daarnaast is er veel aandacht voor het noodzakelijke herstel van de bodem (door natuurlijke bemesting) en voor 'watermanagement'. Met name voor dit laatste is tegenwoordig groeiende aandacht, omdat katoen een 'dorstige' plant is die veel water verbruikt. Door efficiënt waterbeheer zijn op dit gebied de laatste jaren in de biologische katoenverbouw belangrijke slagen gemaakt.