Wol van de Faeröer-eilanden
Het maken van de stof gaat volgens een oude traditie: de stof wordt pas vervilt na het spinnen en breien, een proces dat 'vollen' wordt genoemd en dat ook in Alpenlanden vaker wordt toegepast. Het maakt de stof warm, isolerend en tot op zekere hoogte ook waterafstotend. Daarna wordt de stof gesneden en afgewerkt met een platte lock-steek.
Het Faeröer-schaap is een apart schapenras, dat waarschijnlijk voortkomt uit de schapen die al in de negende eeuw door de Vikingen op de eilandengroep werd geintroduceerd. Sindsdien is ook de wolnijverheid onlosmakelijk verbonden met de Faeröer. De naam Faeröer betekent waarschijnlijk niets anders dan ‘schapeneilanden’ en in het nationale wapen is een schaap afgebeeld. De fijne ondervacht van het Faeröer-schaap wordt gebruikt voor bijvoorbeeld ondergoed. Van de langere dekharen werden veeleisende kledingstukken gemaakt: voor het leger maar vroeger ook voor poolreizigers.