egeische biologische katoen

OP BEZOEK IN HET GEBIED WAAR ONZE STOFFEN WORDEN GEMAAKT


We staan op een akker waar Mehmet Arikboga katoen teelt, op een uur rijden van de Turkse miljoenenstad Izmir. De zee is niet ver, op de achtergrond verrijzen rotsachtige, spaarzaam begroeide heuvels met daarop windmolens. Mehmet loopt langs de rijen kniehoge katoenstruiken, waartussen het onkruid trouwens welig tiert. Zestig jaar is hij en al zijn hele werkzame leven boer. Toch stapte hij pas een paar jaar geleden over op biologische landbouw. Op het veld waar we nu staan heeft hij katoen maar op andere stukken grond teelt hij voedingsgewassen, eveneens biologisch.

Marita op veld met biologisch geteelde katoen in Turkije (Egeische streek)

Als we hem vragen waarom hij begon met biologische landbouw, wijst hij naar de strakblauwe lucht boven ons. “Omdat de vogels weg zijn,” zegt hij. “Toen ik jong was, waren er enorm veel vogels. Maar op een gegeven moment zag ik dat het er steeds minder werden. Het drong tot me door dat het te maken moest hebben met de manier waarop we teelden, het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Vogels kunnen een plaag zijn voor boeren, maar ik zag dat we de natuur kapotmaakten. Ik houd van mijn vak en van het land en vond dat het zo niet langer kon.”

Deze middag in oktober wordt op veel plaatsen al katoen geoogst. Onderweg naar de akker van Mehmet zien we op meerdere plaatsen katoenplukkers aan het werk en komen we met katoen volgeladen vrachtwagens tegen. De oleanders in de bermen zijn soms bedekt met een witte wolk van katoenpluisjes. Bij Mehmet is echter nog niet zo ver. Van sommige planten zijn de knoppen al open en ploppen er witte katoenbolletjes uit, andere zijn nog gesloten. “Nog een weekje,” schat hij, “dan beginnen wij hier ook met de oogst.”

De biologische katoen van Ecological Textiles komt standaard uit deze streek in West-Turkije, nabij de Egeïsche Zee. Izmir (het oude Smyrna) is weliswaar beroemd om zijn wollen tapijten, maar ook de katoenteelt heeft hier een lange traditie. Katoen werd waarschijnlijk zo’n 7000 jaar geleden voor het eerst verbouwd in de vallei van de Indus, aanwijzingen voor textiel van katoen dateren al uit het derde millennium v.C. Via de Zijderoute bereikten de stoffen Europa, waar ze in de vijfde eeuw v.C. voor het eerst werden vermeld door de ‘Griekse’ historicus Herodotus (afkomstig uit Halicarnassus, 150 km ten zuiden van Izmir). In de daarop volgende eeuwen werd de plant steeds vaker geteeld, het gebied rond de Middellandse Zee (waaronder het Egeïsche gebied in Turkije) bleek daarvoor zeer geschikt.

Herodotus schreef nog in lyrische bewoorden over katoen. Hij had het over “bomen met wol, die de kwaliteit van schapenwol overtreft…”, andere schrijvers waren zodanig onder de indruk van het lichte materiaal dat ze het “geweven wind” noemden. Tegenwoordig is katoen, vooral door de enorme omvang die de teelt ervan heeft bereikt, voor velen vooral een probleemgewas.

“Katoen is een van de meest geteelde handelsgewassen en is zonder meer verbonden aan excessief gebruik van bestrijdingsmiddelen en waterverbruik” zegt landbouwingenieur en consultant Hüseyin Yavuz. “Het is ook een gewas waarvan wereldwijd honderden miljoenen families economisch afhankelijk zijn. In West-Europa en Amerika zijn boeren vaak grote ondernemers maar hier in Turkije en natuurlijk ook in Afrika en Azië zijn de bedrijven vaak veel kleiner. Katoen is vaak een wisselteelt, als die net iets meer oplevert dan andere gewassen. In Turkije zijn de boeren doorgaans redelijk opgeleid, maar in Afrika en India zijn ook veel laag geletterde boeren. Veel misstanden zijn toe te rekenen aan slecht management en aan onkunde.”

Nederland gidsland

Overigens geldt de Nederlandse landbouwsector voor veel Turkse boeren als een lichtend voorbeeld. De schaalvergroting zoals die bij ons bestaat, is voor velen een onbereikbare droom. Yavuz is echter voldoende op de hoogte om het enthousiasme voor het Nederlandse model te temperen, hij ziet wel degelijk ook de nadelen die ermee verbonden zijn en is betrokken bij diverse projecten om boeren de overstap naar biologische landbouw te laten maken. Hij begeleidde ook Mehmet, toen die het aantal vogels zag verminderen en besloot dat hij het voortaan anders moest doen. “Lang niet alle boeren denken zoals Mehmet, voor wie de achteruitgang van de biodiversiteit een reden was om het roer om te gooien. De meesten kiezen voor biologische landbouw omdat het meer oplevert. Maar sowieso is de stap van conventioneel naar biologisch niet snel en eenvoudig te nemen, meestal gaan er wel een jaar of vijf overheen.”

Waarom Egeïsche biokatoen

Bij Ecological Textiles werken we alleen met Egeïsche biologische katoen. Voor de goede orde: dat is geen aparte variëteit van de katoenplant maar eerder een geografische aanduiding. Over het algemeen wordt in Turkije en ook in de Egeïsche streek de ‘upland cotton’ (Gossypium hirsutum) geteeld. Upland cotton is wereldwijd de meest geteelde katoensoort en neemt ongeveer negentig procent van de wereldproductie voor zijn rekening.

Toch is de term ‘Egeïsche katoen’ wel degelijk ook een kwaliteitsaanduiding. De katoen bereikt in deze streek een uniforme mooie witte kleur en een vezellengte die hem perfect verspinbaar maken. Het is tevens een waarmerk dat de katoen (ook als deze conventioneel, dus niet-biologisch is geteeld) vrij is van genetische manipulatie. In de biologische landbouw is genetische manipulatie sowieso nergens toegestaan, maar in Turkije bestaat hierover wetgeving waardoor dat verbod algemeen van toepassing is.

Een andere reden waarom we bij Ecological Textiles werken met Egeïsche biologische katoen is ook dat in dit gebied nog een katoenverwerkende industrie van betekenis bestaat. Teelt en verwerking van de katoen vinden doorgaans niet ver van elkaar plaats. De katoen die Mehmet nu nog op zijn akkers heeft staan, hoeft straks geen enorme afstanden af te leggen naar de bedrijven waar hij verder wordt verwerkt tot garens en doek.

Daar komt nog bij dat ook de afstand tussen Turkije en Nederland relatief klein is, kleiner in ieder geval dan de afstand tot India of China. Ook is het voor ons geruststellend dat de Turkse biologische katoensector tot nu toe gevrijwaard is gebleven van schandalen die zich wel hebben voorgedaan in India.

Samen met Hüseyin Yavuz rijden we naar een bedrijf vijf kilometer verderop waar de katoen wordt ‘gegind’, d.w.z. dat de witte pluizige bolletjes hier worden ontdaan van de pitjes en andere resten plantaardig materiaal. Een groot gedeelte van de katoen die in de omliggende streek wordt geteeld, en dat is een enorme berg, krijgt hier deze eerste verwerking. Weer enkele tientallen kilometers verderop bevinden zich de spinnerij, de weverij en de breierij waarmee we al bijna twintig jaar samenwerken en waarmee we een goede relatie hebben opgebouwd.

Een droogteminnende plant

Op het ginning-bedrijf neemt Hüseyin een grote pluk katoen in zijn handen. “Al die vergelijkingen die er worden gemaakt tussen katoen en andere materialen, ik weet niet zo goed wat ik daarmee kan beginnen. Neem het waterverbruik. Kijk naar het blad van de plant en je ziet onmiddellijk dat het een gewas is dat met weinig water toe kan. Katoen is in wezen een droogteminnende plant, alleen in bepaalde periodes van zijn ontwikkeling is het belangrijk dat de plant voldoende water krijgt om een optimale opbrengst te garanderen. Het gebruik van herbiciden en pesticiden neemt al sinds de jaren 1990 af.”

“In de Turkse landbouwsector zijn we over het algemeen heel ver met Good Agricultural Practices, vergaande maatregelen voor duurzame productie, niet alleen van katoen maar ook van andere gewassen. Katoen is nu een beetje het stoute jongetje in de klas. De katoensector is dat voor een gedeelte zelf schuld, maar veel problemen zijn te herleiden naar armoede of een slecht beleid en op te lossen door scholing en kennis. Katoen blijft een waardevol gewas. Kijk om je heen en je ziet hoeveel ervan is gemaakt: je kleren, de textiel in je huis.”

Hij trekt de pluk katoen uiteen en gooit hem weer terug op de berg. “Ik zie katoen als een fantastisch gewas, een geschenk van de natuur zeggen ze wel eens. Ik weet dat het marketingtaal is, maar zo is het wel.”